Paragrafen

Verbonden partijen

Avri

Omschrijving

De reguliere taak van Avri is het verwijderen van huishoudelijk afval. Dit doen ze voor alle acht gemeenten. Een 'plustaak' is het onderhouden van de openbare ruimte. Dit voert Avri uit voor vier van de acht gemeenten. Avri onderhoudt sinds 1 maart 2012 de openbare ruimte van onze gemeente, het Integraal Beheer Openbare Ruimte (IBOR). Dit is vastgelegd in een Dienstverleningsovereenkomst (DVO). De DVO wordt jaarlijks geëvalueerd en aangescherpt.

Juridische vorm

Gemeenschappelijke regeling

Deelnemende partijen

Het samenwerkingsverband wordt gevormd door de gemeenten: Tiel, Culemborg, Zaltbommel, West Betuwe, Maasdriel, West Maas en Waal, Neder-Betuwe en Buren. Deelname is niet verplicht.

Bestuurlijk belang

Het bestuur van Avri bestaat uit het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter. Het algemeen bestuur bestaat uit acht leden. De gemeenteraden wijzen één lid aan per gemeente. Dat kan een raadslid, de voorzitter van de raad of een wethouder zijn. De gemeente Buren wordt op dit moment vertegenwoordigd door wethouder J.P. Neven. Ieder lid heeft één stem. Het dagelijks bestuur bestaat uit drie leden. De gemeente Buren levert via wethouder J.P. Neven de voorzitter van zowel het dagelijks bestuur als het algemeen bestuur.

Aandeel

Ontwikkelingen

Afval

  • De afgelopen jaren staan de markttarieven van diverse grondstofstromen onder druk. Deze trend zorgt voor toegenomen financiële risico’s en stijgende tarieven afvalstoffenheffing in Nederland.
  • Er zijn veel personele wisselingen en het is voor Avri lastig om personeel te vinden, onder andere voor de bediening van de wagens. Ook zijn er momenteel nog veel ziektemeldingen vanwege covid-19. Dit zorgt ervoor dat de kwantiteit van het ophalen van afval onder druk staat en het komende jaar ook een zorg blijft.  
  • Door toedoen van deze marktomstandigheden is de financiële weerstand van Avri de afgelopen jaren volledig benut. Vanaf 2022 (en de jaren erna) wordt gewerkt aan een gezond herstel van het weerstandsvermogen. Dit wordt verrekend binnen de afvalstoffenheffing.
  • Een belangrijke component binnen het totaal van risico’s is de overdracht van de stortplaats Avri aan de provincie Gelderland. In 2020 is omtrent de overdracht veel gesproken en geschreven. Door de provincie is besloten tot uitstel van de definitieve overdracht tot een nader te bepalen moment. Besluitvorming hierover volgt niet eerder dan het jaar 2031.
  • Een belangrijke ontwikkeling die zich in 2021 heeft voorgedaan is de wijze waarop om te gaan met het inzamelen en verwerken van luier- en incontinentiemateriaal. Avri heeft aangeboden een aparte inzameling en duurzame verwerking aan te bieden via het pluspakket, waarbij iedere gemeente individueel beslist. Een deel van de gemeenten heeft hierin begin 2021 al een keuze gemaakt en zal het materiaal daarom gescheiden inzamelen vanaf januari 2022. De besluitvorming hieromtrent vergt in de gemeente Buren meer tijd, door overweging van uiteenlopende alternatieve scenario’s. Eventuele implementatie ervan zal op z’n vroegst vanaf 2023 plaatsvinden, indien de besluitvorming in 2022 plaatsvindt. Bij positieve besluitvorming zal dit verrekend worden in de afvalstoffenheffing.
  • Cirtex, een circulair textielsorteercentrum in Rivierenland, wordt bij positieve besluitvorming van het algemeen bestuur opgericht om ingezameld textiel in de regio optimaal te herbruiken en circulaire economie te stimuleren. Het centrum wordt inclusief opgezet, met werknemers met een afstand tot de arbeidsmarkt. De besluitvorming door het algemeen bestuur wordt vereenvoudigd omdat elk van de deelnemende gemeenten binnen de GR Avri een positieve zienswijze heeft ingediend de beoogde ontwikkelingen binnen Cirtex.
  • Vanwege de hoge kosten zal de aanbesteding voor verwerking van GFT zich het komende jaar richten op de prijs. De meest duurzame verwerking zal hierdoor niet mogelijk zijn en de kans is aanwezig dat de kosten hoger uitvallen dan voorheen.
  • In 2023 zal er besluitvorming plaatsvinden over de huidige papierinzameling door verenigingen en de mogelijke alternatieven. Deze lokale verenigingen ontvangen een vergoeding voor hun werkzaamheden, wat wordt bekostigd uit de afvalstoffenheffing. Alternatieve werkzaamheden zullen mogelijk een positief of negatief hebben op de afvalstoffenheffing, waarschijnlijk op zijn vroegst in 2024.
  • Het tarief zwerfafval moet voor 2023 worden vastgesteld, wat is opgenomen in het pluspakket van gemeente Buren. Aangezien de vergoeding vanuit het Afvalpact stopt om de buurtjutters (verenigingen die zwerfafval rapen in onze gemeente) te vergoeden, zal het tarief zwerfafval mogelijk worden opgehoogd en verwerkt in de afvalstoffenheffing.

IBOR

  • In de afgelopen jaren was een toename van beheerkosten (bij een afname van gevraagde beheerkwaliteit) de tendens. In 2022 is met deze tendens gebroken, echter gedurende het jaar zijn we geconfronteerd met aanzienlijke toename van kosten. Dit bedraagt ca. €88.000,- en wordt vooral bepaald door prijsstijgingen als gevolg van mondiale ontwikkelingen, en dan met name de oorlog in Oekraïne. Dit heeft invloed op de kosten voor brandstof, beschikbaarheid van grondstoffen en vertraagde leveranties van reeds aangekocht materieel.
  • Voor 2023 zien we echter weer een sterke ontwikkeling van kosten. Bij een gelijkblijvend takenpakket (als in 2022) valt het geheel van de werkbegroting in 2023 veel hoger uit dan het jaar ervoor (toename van 8,5%) en wat eerder vermeld is geweest in de begroting van GR Avri 2023 (waarbij ook de som van kosten voor IBOR-taken per gemeente benoemd is). Hierover zijn nog gesprekken tussen gemeente Buren en Avri gaande, met als doel de toename van kosten te beperken.
  • Voor de langere termijn zijn er kansen om de beheerkosten op onderdelen structureel te beperken. Dit vergt echter een goede dialoog tussen gemeente en Avri, concrete keuzes op beleidsmatig niveau (denk aan het vervangen van dure vormbomen voor goedkoper te onderhouden straatbomen) en veelal vooraf het maken van éénmalige kosten.
  • In 2021 is invulling gegeven aan een vervolgonderzoek naar uitvoering van de IBOR-taken. De primaire vraag hierin betreft of de huidige constructie met Avri (IBOR-taken belegd binnen een DVO) voor de lange termijn houdbaar is. De uitkomsten van dit onderzoek in concept worden benut om op bestuurlijk niveau het gesprek met de verschillende IBOR-gemeenten en Avri aan te gaan. De uitkomsten hiervan, evenals de bijbehorende rapportage, worden nadien gedeeld met de gemeenteraad. Beoogd is dit voor het einde van 2022 te realiseren.

Risico's

Omvang risico’s: € 9,2 miljoen

Grootste risico’s:

Doelvermogen nazorg stortplaats
Bijna € 5 miljoen houdt verband met de stortplaats. De berekening van dit risico is gebaseerd op een overdracht van de stortplaats aan de provincie Gelderland in 2034. Op dat moment moet er voldoende vermogen beschikbaar zijn voor die overdracht.

Grondstofprijzen
De afgelopen jaren staan de markttarieven van verschillende grondstofstromen onder druk. Deze trend zorgt voor toegenomen financiële risico’s en stijgende tarieven van de afvalstoffenheffing.

Weerstandsvermogen: € 4,6 miljoen

Onderdeel van risicoprofiel Buren:
De weerstandsratio is 0,5. Volgens de criteria van Buren is de weerstandsratio ruim onvoldoende. We houden hier rekening mee in het risicoprofiel van de gemeente Buren.

Afval

  • Totaal risico GR Avri: € 9.353.000
  • Weerstandsvermogen GR Avri: € 6.594.000
  • Weerstandsratio: 0,7

IBOR

  • Begroting Buren 2023: € 2.869.000
  • Begroting GR 2023: € 2.996.000
  • Nadeel meerjarenbegroting:  - € 127.000 (minimaal)
  • Concept Werkbegroting IBOR (d.d. 15 juli 2022, ter bespreking): 3.098.000

Programma's

2. Fysieke leefomgeving

Financiële informatie (bedragen x € 1.000)

Rekening 2020

Rekening
2021

Begroting 2022

Begroting 2023

Begroting 2026

Bijdrage gemeente

2.465

2.770

2.869

2.996

2.996

Resultaat

159

-232

Eigen vermogen

550

1.389

1.547

1.315

1.315

Vreemd vermogen

45.142

43.358

44.395

41.022

38.811

Toelichting:

In bovenstaande tabel is de DVO bijdrage voor de IBOR taken weergegeven. Primaire taak van de Avri is om invulling te geven aan de afvalzorgplicht. Het verschil tussen de opbrengst afvalstoffenheffing en de kosten voor het verwijderen en verwerken van afval is:
Realisatie 2020: € 299.530
Realisatie 2021: € 340.249
Begroting 2022: € 555.782
Begroting 2023: € 581.511
Begroting 2026: € 581.511

Deze pagina is gebouwd op 10/11/2022 16:39:42 met de export van 10/11/2022 16:17:32